Als deze column in het Koreaans vertaald wordt, ben ik de sjaak. Dan komt Kim Jong-Un mij persoonlijk ophalen en kiepert hij me halverwege uit zijn privé-vliegtuig. Ik ga namelijk Noord Korea belachelijk maken. Zuid Korea trouwens ook. Ze vragen er gewoon om.

Noord en Zuid Korea hebben in 1953 hun oorlog gestaakt met een wapenstilstand. De vrede is dus nog niet getekend. Het is alleen een soort pauze. Een commercial break van 70 jaar. En omdat de agressieve Koreaantjes moeilijk van elkaar af kunnen blijven, hebben ze bij de grens een bufferzone gemaakt. Daar mogen ze allebei niet komen. Eigenlijk wachten ze tot de pauze voorbij is en ze weer oorlogje mogen spelen.

Ondertussen halen ze hun plezier uit plagerijtjes. Kijken hoe ver ze kunnen gaan. Even een voet over de streep. Pang. Dood. Eigen schuld. Aan je eigen kant blijven. Ze hebben ook allebei boxen staan. En niet zo’n kinderachtige JVC subwoofer die je thuis hebt. Nee, gewoon joekels van een miljoen watt. Hoppa. En maar propaganda uitzenden. “Jullie president is een eikel.” “Nietes, die van jullie is een mamma’s kindje.” “Nietes. Hé spleetoog, kijk eens naar die 36e militair van links, die heeft een voet over de lijn, haha grapje, schieten mag niet, lekker puh.”

Soms is er eentje het wachten beu en worden er spelletjes gedaan. Je moet het even voor je zien. Tachtigduizend man in uniform op een rij en ineens eentje die naar de overkant roept: “Schipper mag ik overvaren, ja of nee, moet ik dan ook geld betalen, ja of nee.” Er zijn er altijd wel een paar aan de overkant die meedoen. “Jaaaa.” En dan die mafkees weer: “Hoeeeee?” “Als een pinguin!”, roept iemand. Dus die vent wil met een pinguinloopje naar de overkant, maar zodra hij één voet over de lijn zet… Pang! Dood.

Of gisteren. Toen het ook in Korea bloedheet was. Een Noord-Koreaan had van een toerist een zakje waterballonnen gekregen en stelde een waterballonnengevecht voor. Zuid was akkoord. Ook zij hadden verder weinig te doen, want sinds de pinguinloper was er eigenlijk niets meer gebeurd. De helft van het zakje ballonnen werd naar de overkant gegooid en beide partijen kozen een watervuller. En toen ging het los. Een lol dat ze hadden. Ze vergaten bijna dat ze vijanden waren. Totdat de grote leider van Noord in zijn helikopter aan kwam vliegen.

Waar ze in godsnaam mee bezig waren. “Een waterballonnengevecht meneer Kim”, zei een klein dapper mannetje. “Waarom?” “Omdat het bloedheet is meneer Kim.” “En we vervelen ons kapot”, zei een ander. “Er is hier nooit wat te doen”, aldus een derde. De grote Kim zuchtte kort en schreeuwde: “wat willen jullie dan? Moeten we dan maar opgeven waar we al bijna een eeuw voor strijden? Moeten we allemaal naar huis gaan, onze uniformen uitdoen en gewoon een normale kantoorbaan zoeken?” “Lijkt me een goed plan meneer Kim!” Een ijzige stilte volgde. “Wie zei dat?” Niemand reageerde. “Wie verdomme?” Doodse stilte. Bij Zuid zat men al die tijd ademloos te kijken wat er zich bij de noorderburen afspeelde. Totdat iemand daar zich niet langer kon inhouden. “Het was die vierde van links meneer Kim.”

Zo gaat dat daar. Samen spelen als het kan, maar liever matennaaien. Koreanen ten voete uit. Goh, wat hebben ze in Zuid gelachen toen bij de Olympische Spelen hun vlag gehesen werd terwijl de voetbalvrouwen van Noord Korea op het veld stonden. Ze hadden de vlaggenhijser tien miljoen Won beloofd als ie dat geintje zou flikken. Is omgerekend twee euro vijftig, maar dat wist die vlaggensukkel natuurlijk ook niet. Die dacht miljonair te zijn. Helaas. Baan kwijt en heel Noord Korea achter zich aan. Kim Jong-Un gaat hem binnenkort ophangen in diezelfde vlaggenmast.